Archeologische opgraving levert waardevolle info op over vroege geschiedenis wijk rond Sint-Jacobskerk

Het Sint-Jacobsplein ligt er op dit moment open bij. Onder het plein komt een bufferbekken dat 350.000 liter regenwater kan opvangen. Voor dit geplaatst wordt, vindt er een archeologisch onderzoek plaats door een studiebureau in opdracht van Aquafin. “Onze stadsarcheoloog staat hen met raad en daad bij. Op die manier zet de stad Leuven zich als ‘onroerenderfgoedgemeente’ in om het erfgoed te inventariseren en te waarderen. Zo bouwen we aan een geïntegreerd, innovatief en duurzaam erfgoedbeleid”,  legt schepen van onroerend erfgoed Carl Devlies uit.

“De opgravingen leveren waardevolle gegevens op over de vroege geschiedenis van de wijk rond de Sint-Jacobskerk. Zo komen we meer te weten over de oorspronkelijke bewoning en hoe de mens al die jaren omging met natte gronden binnen de stad, nog steeds een actueel thema”, aldus schepen Devlies.

Gehucht ‘De Biest’
Voor het Sint-Jacobsplein, werd aangelegd in 1824-1827 was het een nat gebied met grachten en wegen.  Het gehucht heette ‘De Biest’ omwille van de biezen die hier groeiden. Pas in de 14e eeuw, met de bouw van de tweede stadsomwalling, werd het ingelijfd bij de stad.

Bij de opgravingen, die werden uitgevoerd door het Vlaams Erfgoed Centrum, werden karrensporen zichtbaar. Dit zijn restanten van de voormalige Wagenweg. Deze onverharde weg liep vroeger schuin over het plein naar de Tervuursestraat en was de belangrijkste uitvalsweg naar Brussel. “Dat de voetgangers hun voeten wel liever droog hielden, toont de vondst van een kasseiweggetje aan, vult schepen Devlies aan.

Begraven buiten het kerkhof
Er kwam ook een graf aan het licht. Opvallend hieraan was dat het zich buiten het kerkhof bevond én er twee personen in één graf lagen. Eén van de personen werd met een mondharp begraven. Wie deze mensen waren en waarom ze buiten het kerkhof begraven werden moet verder onderzoek uitwijzen. Een klein gedeelte van de bevolking werd namelijk niet op kerkhoven begraven. Zo mochten ketters en terdoodveroordeelden niet in gewijde grond (het kerkhof of de kerk) begraven worden. Door omstandigheden kwamen ook gesneuvelde soldaten of slachtoffers van de pest soms buiten de kerkhoven terecht.

Ezelsbrug
Bij toeval werden bij de werken op de hoek van de Biezenstraat en de Kapucijnenvoer ook restanten van een stenen brug aangetroffen. Informatie uit het stadsarchief maakt duidelijk dat deze brug, die Ezelsbrug heette, gebouwd werd in 1824 en bij het toen nieuwe Sint-Jacobsplein hoorde. Met de overwelving van de Voer in 1869 verdween de brug echter onder het huidige straatniveau.

"Door een goede samenwerking tussen de werftoezichters van de stad, de stadsarcheoloog en het agentschap Onroerend Erfgoed kunnen zo’n toevalsvondsten steeds snel verwerkt worden én leveren ze een schat aan informatie op. Deze samenwerking is een voorbeeld van het geïntegreerd erfgoedbeleid dat de stad wil uitdragen. Het betekent dat alle stadsdiensten aandacht hebben voor erfgoed”, verduidelijkt schepen Carl Devlies.

Geplande werken
De rest van de werken op het Sint-Jacobsplein zal nog verder begeleid worden door archeologen. Op deze manier wordt alle mogelijke extra informatie verzameld en kan het waardevolle erfgoed van de stad verder in kaart gebracht worden. Het archeologisch onderzoek werd mee ingepland. De werken lopen hierdoor dus geen vertraging op.

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Stad Leuven

www.leuven.be

Contact

Professor Van Overstraetenplein 1 3000 Leuven

016 27 22 44

[email protected]