Op vrijdag 24 mei kreeg de stad Leuven bezoek van de Europese Raadswerkgroep met betrekking tot de heropbouw van Oekraïne. In deze werkgroep bespreken diplomatieke vertegenwoordigers van de 27 EU-lidstaten en de Europese Commissie de wederopbouw van Oekraïne. Het bezoek aan Leuven kaderde in het huidige Belgische voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie.
“De thematiek van wederopbouw is Leuven uiteraard niet vreemd”, vertelt schepen van onroerend erfgoed Carl Devlies. “Tijdens de eerste wereldoorlog werd Leuven zeer zwaar getroffen. Er werd toen vele jaren intensief en doordacht gewerkt aan de wederopbouw van de stad, die tot op vandaag impact heeft op hoe de stad eruitziet en functioneert.”
“Het verhaal van Leuven na 1918, hoewel qua schaal en schade niet te vergelijken met wat vandaag in Oekraïne gebeurt, blijkt toch veel parallellen te bevatten. Wederopbouw gaat niet enkel over het reconstrueren van gebouwen, maar ook over het herstel van het dagelijkse leven in een door oorlog ontwrichte samenleving. Opvallend was de veerkracht van de Leuvenaars om zelf hun schouders onder de wederopbouw van hun stad te zetten, een veerkracht die we ook merken bij de Oekraïners vandaag”, vult Tom Vander Elst, voorzitter van de Raadswerkgroep namens België, aan.
Na het verhaal van Leuven na 1918 gehoord te hebben, bracht de groep diplomaten nog een bezoek aan het Leuvense Stadsarchief, waar door middel van verschillende waardevolle archiefstukken het belang van een goede documentatie over de wederopbouw werd aangetoond. De uitstap eindigde ten slotte met een begeleide wandeling door Leuven.
